Arbeidsrecht update | Ontslag op staande voet: onvoldoende rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden

Lees in één minuut de ontwikkelingen van de afgelopen week:

Wél een dringende reden voor ontslag, maar onvoldoende rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden

De werkgever ontslaat de werkneemster op staande voet, omdat zij fraude heeft gepleegd met een factuur voor de werkzaamheden aan haar eigen auto. De kantonrechter oordeelt dat dit een dringende reden oplevert voor het ontslag en dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen. Desalniettemin oordeelt de rechter dat de persoonlijke omstandigheden van de werkneemster in de weg staan aan het rechtsgeldig gegeven ontslag.

Werkneemster is kort voor het ontslag overgegaan tot de verkoop van haar woning en de koop van een nieuwe woning. Omdat de werkgever een werkgeversverklaring aan de werkneemster heeft afgegeven voor het verkrijgen van een hypothecaire geldlening, wist de werkgever wat voor gevolgen het ontslag met zich mee zou brengen. Als gevolg van het ontslag op staande voet heeft de bank de lening ingetrokken en is de koopovereenkomst van haar nieuwe woning ontbonden. Dit heeft tot gevolg dat de werkneemster met vier minderjarige kinderen in een stacaravan verblijft. Zicht op een nieuwe koopwoning is er niet, ze heeft geen baan meer, ontvangt geen uitkering en haar partner is werkzaam als ZZP-er. Deze omstandigheden heeft de werkgever niet meegewogen. Volgens de kantonrechter maken de persoonlijke omstandigheden dat de werkgever niet tot een ontslag op staande voet had mogen overgaan.

Werkgever mocht Whatsappbericht na mishandeling niet opvatten als wens om ontslag te nemen

Twee weken voor het einde van zijn arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd geeft werknemer te kennen niet langer te willen werken. Middels een Whatsappbericht laat hij aan zijn werkgever weten dat hij niet meer werkt en het werk niet meer zal aankunnen. Eén dag later komt hij terug op zijn opzegging en meldt zich ziek. De werknemer stelt dat hij op de dag van zijn opzegging mishandeld is door een collega en de opzegging is gedaan in een hevige gemoedstoestand. Desondanks houdt de werkgever zijn werknemer aan de opzegging.

Volgens de kantonrechter is vast komen te staan dat voorafgaand aan de Whatsappberichten zich een voorval heeft voorgedaan tussen de werknemer en een collega. De werknemer heeft volgens de rechter voldoende aannemelijk gemaakt dat de situatie op de werkvloer zeer oncomfortabel was. In het licht van die omstandigheden had de werkgever contact op moeten nemen met de werknemer en moeten verifiëren of hij de arbeidsovereenkomst per direct wilde beëindigen, mede gelet op de voor werknemer verbonden negatieve gevolgen. De werkgever had er niet gerechtvaardigd op mogen vertrouwen dat de werknemer met zijn verklaring dat hij niet meer werkt en het werk niet meer zal aankunnen, heeft bedoeld om de arbeidsovereenkomst per direct te beëindigen.